SASS
Plattdeutsches
Netzwörterbuch
SASS Plattdeutsche Lehrmaterialien
öffnen
Hoch > Platt
Platt > Hoch
Förderer
Aussprachehinweise
Benutzungshinweise
Abkürzungsverzeichnis
Allgemeine Informationen
Bücher
Fehrs-Gilde
Hoch > Platt
Platt > Hoch
Suchen
Menü
Förderer
Aussprachehinweise
Benutzungshinweise
Abkürzungsverzeichnis
Allgemeine Informationen
Bücher
Fehrs-Gilde
Hochdeutsch
Plattdeutsch
direkte Treffer
Substantive
der
Zement
[Baustoff]
Zement
m
der/das
Zement
[Zahnzement]
Zement
m
weitere Treffer anzeigen
weitere Treffer
Substantive
anzeigen
Zahnzement
Tähnzement
m
Zahnzement
Tahnzement
m
der/das
Zement
[Zahnzement]
Tähnzement
m
der/das
Zement
[Zahnzement]
Tahnzement
m
Zementation
Zementatschoon
f
, Pl.: Zementatschonen
Zementboden
Zementbodden
m
, Pl.: Zementboddens
Zementboden
Zementborrn
m
, Pl.: Zementborrns
Zementfabrik
Zementfabrik
f
, Pl.: Zementfabriken
Zementfarbe
Zementfarv
f
, Pl.: Zementfarven
Zementsack
Zementsack
m
, Pl.: Zementsäck
Zementwerk
Zementwark
n
, Pl.: Zementwarken
Verben
anzeigen
etw
einzementieren
wat
inzementeren
Konjugation
×
Konjugation von zementeren
Infinitiv; Imperativ (sg, pl)
Person
Präsens
Präteritum
Partizip II
zementeren; zementeer, zementeert
ik
zementeer
zementeer
(zementeerde)
zementeert
du
zementeerst
zementeerst
(zementeerdest)
he/se/dat
zementeert
zementeer
(zementeerde)
wi/ji/Se/se
zementeert
(zementeren)
zementeren
(zementeerden)
(in Klammern regionale Nebenformen)
etw
betonieren
wat
zementeren
Konjugation
×
Konjugation von zementeren
Infinitiv; Imperativ (sg, pl)
Person
Präsens
Präteritum
Partizip II
zementeren; zementeer, zementeert
ik
zementeer
zementeer
(zementeerde)
zementeert
du
zementeerst
zementeerst
(zementeerdest)
he/se/dat
zementeert
zementeer
(zementeerde)
wi/ji/Se/se
zementeert
(zementeren)
zementeren
(zementeerden)
(in Klammern regionale Nebenformen)
etw
zementieren
wat
zementeren
Konjugation
×
Konjugation von zementeren
Infinitiv; Imperativ (sg, pl)
Person
Präsens
Präteritum
Partizip II
zementeren; zementeer, zementeert
ik
zementeer
zementeer
(zementeerde)
zementeert
du
zementeerst
zementeerst
(zementeerdest)
he/se/dat
zementeert
zementeer
(zementeerde)
wi/ji/Se/se
zementeert
(zementeren)
zementeren
(zementeerden)
(in Klammern regionale Nebenformen)
zum Seitenanfang