Netzwörterbuch (SASS Plattdeutsch)

Hochdeutsch

Plattdeutsch

direkte Treffer

Verben

etw/jmdn anregen

wat/een stimuleren

Infinitiv; Imperativ (sg, pl)	Person	Präsens	Präteritum	Partizip II
stimuleren; stimuleer, stimuleert	ik	stimuleer	stimuleer (stimuleerde)	stimuleert
	du	stimuleerst	stimuleerst (stimuleerdest)
	he/se/dat	stimuleert	stimuleer (stimuleerde)
	wi/ji/Se/se	stimuleert (stimuleren)	stimuleren (stimuleerden)

(in Klammern regionale Nebenformen)

etw/jmdn stimulieren

wat/een stimuleren

Infinitiv; Imperativ (sg, pl)	Person	Präsens	Präteritum	Partizip II
stimuleren; stimuleer, stimuleert	ik	stimuleer	stimuleer (stimuleerde)	stimuleert
	du	stimuleerst	stimuleerst (stimuleerdest)
	he/se/dat	stimuleert	stimuleer (stimuleerde)
	wi/ji/Se/se	stimuleert (stimuleren)	stimuleren (stimuleerden)

(in Klammern regionale Nebenformen)

zum Seitenanfang